Zinnen ontleden, je krijgt het al aangeleerd op de basisschool,
maar soms blijft het lastig. Daarom is hier een korte instructie over het
ontleden van persoonsvorm tot meewerkend voorwerp:
De zin die we gaan ontleden:
Hij geeft de pen zo aan jou.
Persoonsvorm:
Zet de zin in een andere tijd. Hierdoor verandert er een woord.
Dit is de persoonsvorm.
Hij gaf .... --> geeft.
Hij geeft de
pen zo aan jou.
Onderwerp:Stel de vraag wie of wat + persoonsvorm.
Wie of wat geeft? --> hij
Hij geeft de pen zo aan
jou.
Gezegde:Alle werkwoorden in de zin. --> geeft.
Hij geeft de
pen zo aan jou.
Lijdend voorwerp:Wie of wat + persoonsvorm +
gezegde.
Wie of wat geeft hij? --> de pen
Hij geeft de pen zo
aan jou.
Meewerkend voorwerp:Aan wie of voor
wie. Kun je ergens aan of voor, voor een woord zetten? Dan is dat het
meewerkend voorwerp.
Aan wie of voor wie geeft hij de pen? --> aan jou
Hij geeft de pen zo aan
jou.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten